Network User's Guide
Table Of Contents
- Netwerkhandleiding TD-2125N/TD-2135N/TD-2125NWB/TD-2135NWB
- Toepasselijke modellen
- Definitie van opmerkingen
- Compilatie- en publicatiekennisgeving
- BELANGRIJKE OPMERKING
- Handelsmerken
- Inhoudsopgave
- 1 Inleiding
- 2 De netwerkinstellingen van de printer wijzigen
- 3 De printer configureren voor een draadloos netwerk (alleen TD-2125NWB/TD-2135NWB)
- 4 De printerinstellingen afdrukken
- 5 Beheer via een webbrowser
- 6 Problemen oplossen
- Bijlage A
- Bijlage B
Bijlage B
33
B
BOOTP gebruiken om het IP-adres te configureren B
BOOTP is een alternatief voor RARP met het voordeel dat het subnetmasker en de gateway kunnen worden
geconfigureerd. Om BOOTP te kunnen gebruiken voor de configuratie van het IP-adres moet u ervoor zorgen
dat BOOTP is geïnstalleerd en wordt uitgevoerd op de hostcomputer (het moet verschijnen in het bestand
/etc/services op de host als een werkelijke service; typ man bootpd of raadpleeg uw
systeemdocumentatie voor meer informatie). BOOTP wordt meestal opgestart via het bestand
/etc/inetd.conf, mogelijk moet u het inschakelen door het # voor de bootp-invoer in dat bestand te
verwijderen. Een gebruikelijke bootp-invoer in het bestand /etc/inetd.conf is bijvoorbeeld:
#bootp dgram udp wait /usr/etc/bootpd bootpd -i
Afhankelijk van het systeem kan deze invoer de naam "bootps" hebben in plaats van "bootp".
OPMERKING
Om BOOTP in te schakelen, gebruikt u gewoon een editor om het # te verwijderen (als er geen # staat, is
BOOTP al ingeschakeld). Bewerk vervolgens het BOOTP configuratiebestand (meestal
/etc/bootptab) en voer in: naam, netwerktype (1 voor Ethernet), MAC-adres/Ethernet-adres en
IP-adres, subnetmasker en gateway van de printserver. Helaas is de exacte indeling hiervoor niet
gestandaardiseerd. Raadpleeg daarom uw systeemdocumentatie om te bepalen hoe deze gegevens
moeten worden ingevoerd. Enkele voorbeelden van typische /etc/bootptab-invoer:
BRN310107 1 00:80:77:31:01:07 192.168.1.2
en:
BRN310107:ht=ethernet:ha=008077310107:\ip=192.168.1.2:
"BRN" wordt vervangen door "BRW" bij een draadloos netwerk.
Bepaalde BOOTP hostsoftware-implementaties reageren niet op BOOTP-verzoeken als u geen
download-bestandsnaam in het configuratiebestand hebt opgenomen. Als dit het geval is, maakt u een
null-bestand op de host en geeft u de naam van dit bestand en het pad ervan op in het configuratiebestand.
Net als bij RARP laadt de printserver het IP-adres van de BOOTP-server als de printer is ingeschakeld.
APIPA gebruiken om het IP-adres te configureren B
De Brother printserver ondersteunt het Automatic Private IP Addressing (APIPA)-protocol. Met APIPA
kunnen DHCP-clients automatisch een IP-adres en subnetmasker configureren als er geen DHCP-server
beschikbaar is. Het apparaat kiest zelf een IP-adres in het bereik van 169.254.0.1 tot 169.254.254.254. Het
subnetmasker wordt automatisch ingesteld op 255.255.0.0 en het gateway-adres wordt ingesteld op 0.0.0.0.
Het APIPA-protocol is standaard ingeschakeld. Als u het APIPA-protocol wilt uitschakelen, gebruikt u
daarvoor BRAdmin Light of beheer via een webbrowser.