Operation Manual
6 Inspectie en onderhoud
Logamax plus GB162-15/25/35/45 V3 – 6 720 807 881 (2013/03)
10
5.3 In bedrijf stellen
Dit hoofdstuk behandelt hoe de CV-installatie na een gebruiksonderbre-
king in bedrijf wordt genomen.
▶ Aan/uit-schakelaar op bedieningspaneel van de bedieningseenheid
via stand “1” inschakelen.
▶ Alle vul- en aftapkranen sluiten.
▶ Hoofdafsluiter van de waterleiding openen.
▶ Een warmwaterkraan openen.
▶ Enige tijd wachten tot er geen lucht meer in het water aanwezig is.
▶ Warmwaterkraan sluiten.
▶ Indien mogelijk, boiler aan de bovenkant ontluchten. Het boilertype
T40 S heeft deze mogelijkheid niet. Bij het boilertype T10 moet eerst
de ketelmantel aan de voorzijde worden gedemonteerd; rechtsboven
in het grijze isolatiemateriaal is de ontluchter van de T10 boiler.
▶ CV-installatie vullen ( hoofdstuk 4.3, pagina 8), tot de bedrijfsdruk
ca. 1,5 bar bedraagt.
▶ Gaskraan openen.
▶ Instellingen op de bedieningseenheid Logamatic BC10 en op de be-
dieningseenheid Logamatic RC35, RC200 of RC300 uitvoeren
( hoofdstuk 3, pagina 4).
▶ CV-installatie ontluchten.
▶ Bedrijfsdruk controleren ( hoofdstuk 4.1, pagina 8).
6 Inspectie en onderhoud
6.1 Waarom is regelmatig onderhoud belangrijk?
Omwille van onderstaande redenen dienen CV-installaties regelmatig
onderhouden te worden:
• om een hoog rendement te behouden en de CV-installatie spaarzaam
(lager gasverbruik) te gebruiken.
• om een hoge bedrijfszekerheid te realiseren.
• om de milieuvriendelijke verbranding te waarborgen.
6.2 Reiniging en verzorging
Om de condensatieketel schoon te maken, kan de mantel met een natte
doek (water/zeep) worden gereinigd. In ieder geval geen schurende of
agressieve reinigingsmiddelen gebruiken, die de lak of kunststof delen
kunnen beschadigen.
7 Bedrijfs- en storingsmeldingen
7.1 Codes oproepen
Een displaycode (bedrijfs- of storingscode) zegt wat over de bedrijfstoe-
stand van de condensatieketel. Bedrijfs- en storingscodes worden direct
in het display getoond of via het menu “normaal bedrijf”opgeroepen.
Daarvoor moet als volgt te werk worden gegaan:
▶ e-toets indrukken, om het menu “Normaal bedrijf” te openen.
▶ In het menu “Normaal bedrijf” naar het niveau met de codes gaan.
Dit is niveau 2 of 3.
▶ Storingscode aflezen en de bijbehorende betekenis in tabel 9 nale-
zen.
Er bestaan 3 codetypen:
• Bedrijfscode
• Blokkerende storingscode
• Vergrendelende storingscode.
▶ Zodra een storing optreedt, wordt de condensatieketel uit veiligheids-
overwegingen uitgeschakeld en vergrendeld. De storingscode wordt
knipperend op het display getoond. Voor de vrijgave van de conden-
satieketel moet deze worden gereset. Daarvoor moet als volgt te werk
worden gegaan:
– Resettoets c ingedrukt houden, tot “rE ”op het display verschijnt.
In de regel functioneert de condensatieketel na het resetten weer
normaal. Onder bepaalde omstandigheden moet eerst de storing
worden opgeheven.
– Oplossing uitvoeren, om de storing te verhelpen.
Is de storing niet verholpen? Neem contact op met uw installateur en
geef het keteltype en de storingscode door.
Voor het instellen van de CV-installatie moet de CV-in-
stallatie zijn gevuld omdat de pomp niet mag drooglo-
pen. Bij de Logamax plus GB162-25/30 T40 S V3 voor
het vullen de CV-installatie, eerst de stratificatieboiler
vullen ( hoofdstuk 4.2, pagina 8).
VOORZICHTIG: Schade aan de installatie door ontbre-
kende of gebrekkige reiniging en onderhoud.
▶ CV-installatie eenmaal per jaar door een installateur
laten inspecteren, onderhouden en reinigen.
▶ We raden aan om een contract af te sluiten voor een
jaarlijkse inspectie en een behoefteafhankelijk onder-
houd.
Code Toelichting Maatregel
-
H2 0 0 De condensatieketel is in
verwarming.
=
H2 0 1 De condensatieketel is in
warmwaterbedrijf.
0
A2 0 2 De condensatieketel kan
de warmte niet aan de
CV-installatie afgeven en
bevindt zich in de wacht-
stand.
• Controleer, of voldoende
radiatoren zijn geopend.
• Radiatoren en CV-instal-
latie ontluchten.
0
C2 8 3 De condensatieketel
wordt gestart.
0
E2 6 5 Wachtfase van de con-
densatieketel. De con-
densatieketel schakelt als
reactie op de warmte-
vraag regelmatig in op
lage belasting.
0
H2 0 3 De condensatieketel staat
bedrijfsklaar, geen warm-
tevraag aanwezig.
0
L2 8 4 De condensatieketel
wordt gestart.
0
U2 7 0 De condensatieketel
wordt gestart.
0
Y2 0 4 De condensatieketel kan
de warmte niet aan de
CV-installatie afgeven en
bevindt zich in de wacht-
stand.
Tabel 9 Bedrijfs- en storingscodes