Operation Manual

4 Bedrijf
Logamax plus GB162-15/25/35/45 V3 – 6 720 807 881 (2013/03)
8
Afb. 9 Bedieningseenheid Logamatic BC10
[1] Draaischakelaar voor warmwaterstreefwaarde
[2] Draaischakelaar voor maximale keteltemperatuur
Op de bedieningseenheid (bijv. Logamatic RC35) adviseren wij, het vol-
gende te controleren of in te stellen:
bedrijfsmodus automatisch
gewenste kamertemperatuur
gewenste warmwatertemperatuur
gewenst verwarmingsprogramma
4 Bedrijf
Om de CV-installatie bedrijfsgereed te houden, moet de bedrijfsdruk re-
gelmatig worden gecontroleerd.
4.1 Bedrijfsdruk controleren
Bij nieuw gevulde CV-installaties de bedrijfsdruk eerst dagelijks en daar-
na met steeds groter wordende intervallen controleren. De maximale
druk in de CV-installatie, die direct op de condensatieketel wordt geme-
ten, mag niet hoger worden dan 2,5 bar.
De druk wordt in het menu “normaal bedrijf” aangegeven
( hoofdstuk 3.4, pagina 7).
▶Servicetoets
e indrukken, tot de bedrijfsdruk in het display wordt
getoond (bijv. P1.5 voor 1,5 bar).
Bedrijfsdruk controleren
Afb. 10 Bedrijfsdruk
Aan/uit-schakelaar op het bedieningspaneel op “1” instellen
( afb. 5, [1], pagina 5).
Alle vul- en aftapkranen sluiten.
Hoofdafsluiter van de waterleiding openen.
Een warmwaterkraan openen.
Enige tijd wachten tot er geen lucht meer in het water aanwezig is.
Warmwaterkraan sluiten.
Indien mogelijk, boiler aan de bovenkant ontluchten. Het boilertype
T40 S heeft deze mogelijkheid niet. Bij het boilertype T10 moet eerst
de ketelmantel aan de voorzijde worden gedemonteerd; rechtsboven
in het grijze isolatiemateriaal is de ontluchter van de T10 boiler.
4.2 Stratificatieboiler vullen (alleen bij Logamax plus
GB162-25/30 T40 S V3)
Een warmwaterkraan openen.
Servicekranen van de koudwaterleiding openen.
Enige tijd de warmwaterkraan geopend laten, tot de stratificatieboiler
is gespoeld en er geen lucht meer in het water aanwezig is.
Warmwaterkraan sluiten.
4.3 CV-installatie vullen
De CV-installatie vullen, wanneer de druk tot onder 1,0 bar is gedaald.
Een met water gevulde slang [3] op de vul- en aftapkraan [1] op de re-
tour van de condensatieketel [2] aansluiten.
Vul- en aftapkraan openen.
Servicekranen (indien aanwezig) in de CV-aanvoer en -retour openen.
Afb. 11 Vul- en aftapkraan openen
[1] Vul- en aftapkraan
[2] Aanvoer
[3] Slang
Waterkraan voorzichtig openen en de CV-installatie langzaam vullen.
Daarbij de drukaanwijzing voor het CV-circuit bewaken. De druk op
het bedieningspaneel aflezen ( afb. 10).
De bedieningshandleiding van de bedieningseenheid
beschrijft, hoe deze instellingen worden uitgevoerd en
welk nut deze instellingen hebben.
Respecteer de bedieningshandleiding van de bedie-
ningseenheid en lees deze aandachtig door.
Bedrijfsdruk
Minimale druk (bij koude installatie) 1,0 bar
Aanbevolen bedrijfsdruk 1,5 bar
Maximale druk (bij maximale keteltemperatuur
veiligheidsklep opent.
2,5 bar
Tabel 8 Bedrijfsdruk
7 746 800 040-102.3TD
2
1
6 720 615 405-025.1TD
VOORZICHTIG: Schade aan de installatie door leegloop.
Voor het vullen van de CV-installatie eerst de stratifi-
catieboiler vullen.
WAARSCHUWING: Gevaar voor de gezondheid door
verontreiniging van het drinkwater.
Laat een installateur tonen, hoe de CV-installatie met
water wordt gevuld.
Het aansluitend ontluchten van de CV-installatie is van
groot belang, omdat alle lucht in de CV-installatie zich
verzamelt op het hoogste punt.
2
1
3
7 746 800 040-35.2TD