Installation Instructions

5 Montage
Logatherm WPL ... IK – 6 720 806 105 (2012/10)
22
5.4.2 Manometer van CV-circuit demonteren
Indien nodig kan de manometer van het cv-circuit worden gedemon-
teerd, zonder dat het cv-circuit hoeft te worden afgetapt.
Aansluitnippel van het automatische afsluitventiel draaien.
Afb. 40 Aansluitnippel uit het automatische afsluitventiel draaien
[1] Aansluitnippel
Manometer uit de warmtepomp verwijderen.
5.5 Elektrische aansluiting
Alle regel-, stuur- en veiligheidsinrichtingen van de warmtepomp zijn be-
drijfsklaar bedraad en getest.
5.5.1 Vermogenskabel aansluiten
Alle spanningsgeleidende kabels voor het installeren in de kabelgoot
van de schakelkast ontmantelen.
Voorwand demonteren ( hoofdstuk 5.3.1, pagina 13):
Schroeven van de schakelkast losmaken.
Afb. 41 Schakelkast openen
Afdekplaat van de schakelkast wegtillen.
OPMERKING: Schade aan de installatie door verkeerde
montage!
Capillaire buis van de manometer niet knikken.
Bij de montage of demontage van de manometer kan wa-
ter kortstondig ontsnappen.
Bij de montage van de manometer moet voor het vast-
draaien van de aansluitnippel een draaimomentsleutel
(10 Nm) worden gebruikt.
6
5
4
3
2
0
N
m
1
6 720 644 794-38.1T
1
GEVAAR: Levensgevaar door elektrocutie!
Laat de elektrische aansluiting en werkzaamheden
aan elektrische componenten alleen uitvoeren door
een installateur.
Schakel alle polen van de netspanning stroomloos en
zorg ervoor dat ze niet per ongeluk opnieuw kunnen
worden ingeschakeld.
Geldende EN-, VDE-voorschriften respecteren.
Geldende lokale voorschriften respecteren.
Respecteer de technische aansluitvoorwaarden van
het energiebedrijf!
OPMERKING: Schade aan de installatie door verkeerde
elektrische aansluitwerkzaamheden!
Elektrische aansluitwerkzaamheden conform het
klemmenschema en stroomschema van de betreffen-
de warmtepomp uitvoeren ( hoofdstuk 9.3 en
hoofdstuk 9.4, pagina 39).
Rechtsdraaiveld van de lastvoeding voor de compres-
sor waarborgen.
Voeding van de warmtepomp met een 3-polige zeke-
ringautomaat met minimaal 3 mm contactafstand uit-
rusten (let op de hoogte van de afschakelstroom).
Sensorkabel voor warmtehoeveelheidsregistratie
niet inkorten.
6 720 644 794-39.1T