Operation Manual

20 Brevio - 12/13 - Ausgabe 07/12 - 2223854 - BUE-0073-00NL
Voor het rijden
3
De opbergruimte achteraan biedt ook plaats aan zware voorwerpen (bijv.
scooters). De asbelasting van de achteras wordt daardoor in sommige
gevallen overschreden.
De afzonderlijke assen mogen echter onder geen beding te zwaar worden
beladen. Daarom is het belangrijk op welke afstand tot de assen de lading
wordt opgeborgen.
Om de lading juist te verdelen, zijn een weegbrug, een meetlint, een rekenap-
paraat en een beetje tijd nodig.
Met twee eenvoudige formules kan worden berekend wat voor effect het
gewicht van de lading op de assen heeft:
Formules A x G : R = gewicht op de achteras
Gewicht op de achteras – G = gewicht op de vooras
Verklaring A = afstand tussen opbergruimte en vooras in cm
G = gewicht van de lading in de opbergruimte in kg
R = wielbasis van het voertuig (afstand tussen de assen) in cm
Asbelastingen berekenen:
De afstand tussen opbergruimte en vooras (A) met het gewicht van de
lading in de opbergruimte (G) vermenigvuldigen en het resultaat door de
wielbasis (R) delen. Daaruit volgt het gewicht waarmee de lading in de
opbergruimte de achteras belast. Dit gewicht en de opbergruimte noteren.
In een tweede stap het gewicht in de opbergruimte (G) van het zojuist bere-
kende gewicht aftrekken. Als de uitkomst daarbij een positieve waarde is
(voorbeeld 1), betekent dat de vooras met deze som ontlast wordt. Als de
uitkomst een negatieve waarde is (voorbeeld 2), betekent dat de vooras
belast wordt. Deze waarde eveneens noteren.
Op deze manier alle opbergruimten van het voertuig berekenen.
In een laatste stap alle voor de achteras berekende gewichten bij de ach-
terasbelasting optellen en alle voor de vooras berekende gewichten bij de
voorasbelasting optellen of ervan aftrekken.
Hoe achterasbelasting en voorasbelasting worden berekend, is in
sectie 3.3.2 beschreven.
Als de berekende waarde de toegelaten asbelasting overschrijdt, moet de
lading anders worden opgeborgen.
Als de vooras te sterk wordt ontlast, verslechtert de grip van de banden op de
rijbaan (tractie), vooral bij voertuigen met voorasaandrijving. Ook in dit geval
de lading anders opbergen.
X Zware lasten achter de achteras kunnen de vooras door hefboomwer-
king ( ) ontlasten. De ontlasting van de vooras heeft vooral een
negatieve invloed op de rij-eigenschappen bij voertuigen met voor-
asaandrijving.
X Alle voorwerpen zo opbergen dat deze niet kunnen wegglijden.
X Zware voorwerpen (voortent, conserven e. d.) in de buurt van de as
opbergen. Voor het opbergen van zware voorwerpen zijn vooral dieper-
gelegen opbergruimten geschikt, waarvan de deuren niet in de rijrichting
kunnen worden geopend.
X Lichtere voorwerpen (wasgoed) in de dakopbergkasten opbergen.
Z De afstanden buiten het voertuig horizontaal van het midden van het voor-
wiel naar het midden van de opbergruimte of het midden van het achterwiel
meten.