Operation Manual

169
wAfdrukken
5
Stel het afdrukken van de datum
en het bestandsnummer in.
Stel deze naar wens in.
Selecteer <
I
> en druk vervolgens op <
0
>.
Kies de gewenste instelling en druk
vervolgens op <0>.
6
Stel het aantal exemplaren in.
Stel deze naar wens in.
Selecteer [
R] en druk vervolgens op
<0>.
Stel het aantal exemplaren in en druk
vervolgens op <0>.
7
Begin met afdrukken.
Selecteer [Print] en druk vervolgens
op <0>.
X Het blauwe lampje van de knop
<l> knippert en het afdrukken
wordt gestart.
Met de functie Eenvoudig afdrukken kunt u een andere opname
afdrukken met dezelfde instellingen. Selecteer de opname en druk op de
blauw opgelichte knop <
l>. Bij Eenvoudig afdrukken is het aantal
exemplaren altijd 1. (U kunt het aantal kopieƫn niet instellen.) Ook
worden bijsnijdbewerkingen (pag. 171) niet toegepast.
Bij de instelling [Standaard] voor afdrukeffecten en andere opties
worden de standaardinstellingen van de printer gebruikt zoals deze zijn
ingesteld door de fabrikant. Raadpleeg de instructiehandleiding bij de
printer voor de [Standaard]-instellingen.
Afhankelijk van de bestandsgrootte en de opnamekwaliteit kan het even
duren voordat het afdrukken begint nadat u [Print] hebt geselecteerd.
Als kantelcorrectie (pag. 171) op de opname is toegepast, duurt het
langer voordat de opname wordt afgedrukt.
Als u het afdrukken wilt beƫindigen, drukt u op <
0
> terwijl [
Stop
] wordt
weergegeven. Vervolgens selecteert u [
OK
].
Als u [Wis alle camera-instellingen] (pag. 136) uitvoert, worden de
standaardinstellingen hersteld.