Operation Manual

96
Witbalans (WB) zorgt ervoor dat witte gebieden er wit uitzien. Bij de instelling
<
Q
> (Auto) zal doorgaans automatisch de juiste witbalans worden ingesteld.
Als u met de instelling <
Q
> geen natuurlijke kleuren krijgt, kunt u de
witbalansinstellingen voor verschillende lichtbronnen afzonderlijk selecteren of
de witbalans handmatig instellen door een opname van een wit voorwerp te
maken. Bij de basismodi wordt automatisch de instelling <
Q
> gebruikt.
1
Druk op de knop <WB>.
X [Witbalans] wordt weergegeven.
2
Selecteer de witbalans.
Druk op de toets <U> om de
gewenste witbalans te selecteren en
druk vervolgens op <0>.
De 'Circa **** K” (K: Kelvin) die wordt
weergegeven voor de geselecteerde
witbalans <W> <E> <R> <Y>
<U>, is de desbetreffende
kleurtemperatuur.
De handmatige witbalans wordt gebruikt om voor een specifieke lichtbron
handmatig de witbalans in te stellen en zo de nauwkeurigheid te verbeteren.
Voer deze procedure uit bij de lichtbron die u daadwerkelijk gaat gebruiken.
1
Fotografeer een wit object.
Het effen witte object moet de cirkel
voor spotmeting vullen.
Stel handmatig scherp en stel de
standaardbelichting in voor het witte
onderwerp.
U kunt de witbalans instellen.
B: De witbalans instellenN
O Handmatige witbalans
Spotmetingscirkel