Installation Instructions

3
Standaard kunnen deze functies
worden gebruikt (er zijn geen
instellingen nodig).
Kopie
De optionele faxkaart is nodig.
Er is/zijn mogelijk een of meerdere optionele producten en/of licentieregistraties nodig, afhankelijk van de afdrukfunctie.
De optionele Color Image Reader Unit is nodig.
De optionele faxkaart en Color Image Reader Unit zijn nodig.
De optionele Remote Fax Kit en licentieregistratie zijn nodig.
Scannen en opslaan
*1
/
Toegang opgeslagen bestanden
*1*2
(Geheugenmedia)
Registeren/Bijwerken
Software
*3
FAX
(Ontvangen op de machine)
* Deze instellingen zijn alleen nodig wanneer wordt aangesloten op een netwerk.
Ze zijn niet nodig wanneer via USB wordt aangesloten.
Instellingen scannen op afstand
Instellingen voor afdrukken vanaf een computer
MEAP Service Management Service
(SMS) instellingen
Instellingen UI op afstand
Gebruik van een geavanceerde ruimte op het netwerk
Faxinstellingen
Instellingen voor faxen vanaf een computer
Instellingen fax op afstand
E-mail/I-fax instellingen
Raadpleeg e-Handleiding.
● Gebruik van TCP/IP:
● Gebruik van SMB/CIFS:
Computer instellen als file server
*6
FAX
(Verzenden /Ontvangen)
Scanner
Scannen en
verzenden
*4
Scannen en opslaan /
Toegang opgeslagen
bestanden
(Netwerk)
UI op afstand
MEAP
Documenten verzenden en
ontvangen via de faxserver op afstand
Faxen verzenden vanaf een
computer via de machine
*4
Gebruik van een geavanceerde
ruimte op het netwerk
*1*5
Faxen verzenden vanaf de machine
*4
Verzenden naar een le server
Verzenden per E-mail/I-fax
Aansluiten op een netwerk
Aansluiten via een USB
Raadpleeg e-Handleiding.
Raadpleeg e-Handleiding.
Gebruik van TCP/IP:
Gebruik van SMB/CIFS:
Gebruik van AppleTalk:
Gebruik van Netware:
Gebruik van TCP/IP:
Raadpleeg e-Handleiding.
Gebruik van TCP/IP:
Gebruik van SMB/CIFS:
Afdrukken
*4
Aansluiten op een netwerk
Netwerkinstellingen
*1 U kunt PDF bestanden die zijn opgeslagen op de geheugenmedia of de geavanceerde ruimte van een andere machine op het netwerk alleen afdrukken als u de imageRUNNER
ADVANCE C2030i/C2020i gebruikt. Om af te drukken, is de PS Printer Kit of Direct Print Kit (voor PDF/XPS) nodig. (Voor zowel de PS Printer Kit en de Direct Print Kit (voor PDF/XPS)
is licentieregistratie nodig.)
*2 De standaardinstelling voor weergave van de geheugenmedia is 'Uit'. Om de geheugenmedia te gebruiken, drukt u op [Weergave-instellingen] in [Voorkeuren]
(Instellingen/Registratie)
druk op [Opslaglocatie weergave-instellingen]
[Geheugenmedia]
[Aan].
*3 Voor toegang tot een distributieserver om software op te slaan/bij te werken is het nodig de handelingen Aansluiten op een netwerk“ enNetwerkinstellingendie in dit
overzicht zijn opgenomen uit te voeren. Om software op te slaan/bij te werken via de UI op afstand is het nodig om de handelingen Aansluiten op een netwerk,
“Netwerkinstellingen“ en “Instellingen UI op afstand“ uit te voeren.
*4 Voor informatie over systeemvereisten, raadpleegt u de e-Handleiding > Optionele producten en software.
*5 De standaardinstelling voor weergave van de geavanceerde ruimte en netwerk is 'Uit'. Om de geavanceerde ruimte en het netwerk te gebruiken, drukt u op
[Weergave-instellingen] in Voorkeuren (Instellingen/Registratie)
druk op [Opslaglocatie weergave-instellingen]
[Netwerk]
[Aan].
*6 De le servers die u kunt gebruiken zijn afhankelijk van het netwerk. Voor meer informatie over de le servers die u kunt gebruiken, raadpleegt u e-Handleiding > Netwerk.
De optionele Color Image
Reader Unit is nodig.
De optionele faxkaart is
nodig.
De optionele Color Image Reader Unit is nodig.
Als u de imageRUNNER ADVANCE C2030L/C2020L
gebruikt, zijn de Kleuren Universele Verzendkit en
licentieregistratie nodig.
De optionele Color Image Reader Unit is nodig.
Als u de imageRUNNER ADVANCE C2030L/C2020L
gebruikt, zijn de Kleuren Universele Verzendkit en
licentieregistratie nodig.
De optionele Color Image Reader Unit is nodig.
Als u de imageRUNNER ADVANCE C2030L/C2020L
gebruikt, zijn de Kleuren Universele Verzendkit en
licentieregistratie nodig.
De optionele Color Image Reader
Unit is nodig.
Zie “Netwerk instellen op de machine, op pag. 12.
Zie “Netwerk instellen op de machine, op pag. 12.
Zie “Netwerk instellen op de machine, op pag. 12.
Zie “Faxen verzenden/ontvangen via de
faxserver op afstand, op pag. 35.
Zie “Faxen verzenden, op pag. 29.
Zie “Faxen met de machine vanaf een
computer verzenden, op pag. 37.
Zie “Document afdrukken via een computer,
op pag. 39.
Zie Geavanceerde ruimte op het netwerk
gebruiken, op pag. 45.
Zie Gescande data naar een bestandserver
verzenden, op pag. 24.
Zie “E-Mail/I-Fax gebruiken, op pag. 20.
Zie “Benodigde instellingen om UI op
afstand te gebruiken, op pag. 15.
Zie “Vereiste instellingen voor het gebruik
van SMS, op pag. 16.
Zie Origineel scannen, op pag. 42.