Operation Manual

103
3
1
2
4
5
Inleiding
Inhoud
Opnamen
downloaden
Opnamen
weergeven
Opnamen
printen
Referentie/
Index
6
Grote aantallen
RAW-opnamen
verwerken
7
Opnamen
op afstand
8
Voorkeuren
opgeven
Opnamen
sorteren
Opnamen
bewerken
3
Pas de opname aan.
O Gebruik de schuifregelaar om de resolutie aan te passen op
basis van diepte-informatie en het resolutieniveau.
4
Klik op de knop [OK].
¿ De resultaten worden toegepast op de opname.
Zie voor informatie over het opslaan van aanpassingen in
opnamen “Bewerkingsresultaten opslaan” (pag. 84).
O Als de contouren van het onderwerp of de bokeh er onnatuurlijk
uitzien, of als er verhoogde ruis of merkbare wijzigingen in tint of
helderheid zijn, verlaagt u het aanpassingsniveau.
O Deze functie kan niet tegelijkertijd met “Het gezichtspunt of de
voorgrondbokeh wijzigen voor fraaiere resultaten” of “Het
voorkomen van ghosting in opnamen verminderen” worden
gebruikt.
Wijzig het gezichtspunt of de voorgrondbokeh voor fraaiere resultaten
met behulp van de dual pixel-informatie die is opgenomen in Dual Pixel
RAW-beelden.
1
Selecteer in het hoofdvenster of het venster voor het
bewerken van beelden de Dual Pixel RAW-beeld die
u wilt aanpassen, en selecteer vervolgens [Start
Dual Pixel RAW Optimizer/Start Dual Pixel RAW-
optimalisatie] in het menu [Tools/Gereedschap].
¿ Het venster Dual Pixel RAW-optimalisatie wordt weergegeven.
2
Schakel het selectievakje [Bokeh shift/Bokeh-
verplaatsing] in.
3
Geef het gebied op dat moet worden aangepast.
O
Klik op de knop [Select area/Selecteer gebied] en selecteer door te
slepen in de opname het gebied dat moet worden aangepast. Klik
vervolgens met de rechtermuisknop om het gebied vast te leggen.
U kunt ook het selectievakje [Show borders/Geef randen weer]
uitschakelen om de rand te verbergen.
Het gezichtspunt of de voorgrondbokeh
wijzigen voor fraaiere resultaten