Operation Manual

8-16
Hoofdstuk 8 Instellingen ISIS/TWAIN-stuurprogramma's
Als afbeeldingen te licht zijn, schuif de regelaar dan naar links
om de instellingswaarde te verlagen.
Als het selectievakje [Auto] is geselecteert, wordt de
schuifregelaar automatisch ingesteld op het
helderheidsniveau dat wordt gebruikt voor automatische
aanpassing.
Contrast
Past het contrast van te scannen afbeeldingen aan.
Het selectievakje [Helderheid achterkant gebruikt]
Als de helderheid van de voorkant en achterkant van de
documentpagina's verschilt, selecteer deze instelling dan
om alleen de helderheid van de achterkant aan te passen.
Het selectievakje [Contrast achterzijde gebruikt]
Als het contrast van de voorkant en achterkant van de
documentpagina's verschilt, selecteer deze instelling dan
om alleen het contrast van de achterkant aan te passen.
Het dialoogvenster [Gammainstellingen]
Gebruik het dialoogvenster [Gammainstellingen] om de
gammacorrectiewaarde aan te passen.
Het selectievakje [Gebruikerskeuze]
Vink dit selectievakje aan om de gammacorrectie aan te
passen.
Selecteer
Selecteer de zijde en kleur voor Gebruikerskeuze.
Wenk
De kleurenbalk en kleur van de voorbeeldafbeelding worden
aangepast aan de opgegeven kleur.
Invoermethode
Kies de manier waarop u de gammacorrectie wilt instellen.
[Factor]
Schuif de regelaar naar links of rechts om de
gammacorrectie aan te passen van 0,2 tot 5,0.
Wenk
De gammacorrectiewaarde, gammacurvegrafiek en
voorbeeldafbeelding zijn onderling gekoppeld. Wanneer u een
van deze onderdelen aanpast, worden de andere automatisch
bijgewerkt.
Als u met de muis op een punt in de gammacurvegrafiek klikt,
worden de gammacurve en de kleur van de
voorbeeldafbeelding gewijzigd, zodat deze overeenkomen
met het betreffende punt.
U kunt de gammacurve ook verplaatsen door met de muis te
slepen.