Operation Manual
129
3 AF-functies aanpassen
Als niet kan worden scherpgesteld met automatische scherpstelling, 
kunt u de camera naar de juiste scherpstelling laten zoeken of laten 
stoppen met zoeken.
ON: Continu scherpstellen
Als er niet met automatische 
scherpstelling kan worden 
scherpgesteld, blijft de lens naar de 
juiste scherpstelling zoeken.
OFF: Stop scherpstellen
Als de automatische scherpstelling 
start, maar het resultaat onacceptabel 
is of achterwege blijft, stopt de lens. 
Dit voorkomt dat het beeld extreem 
onscherp wordt doordat de camera 
naar de juiste scherpstelling blijft 
zoeken.
Obj.sturing bij AF onmogelijk
 Als u tijdens het scherpstellen gebruikmaakt van telelenzen of andere 
lenzen met een breed scherpsteltransportbereik, wordt scherpstelling 
mogelijk onscherp en kan het scherpstellen de volgende keer langer 
duren. De instelling [Stop scherpstellen] wordt aanbevolen.
 Zelfs als [Continu scherpstellen] is ingesteld, wordt het scherpstellen 
mogelijk niet uitgevoerd wanneer een groothoeklens wordt gebruikt.










