Operation Manual

194
Lichtafval is een verschijnsel dat ervoor zorgt dat de hoeken van de opname
donkerder eruit zien als gevolg van de fysieke eigenschappen van de lens. Een
andere afwijking is het verschijnen van kleurranden rond de contouren van het
onderwerp. Dit heet chromatische abberatie. Beeldvervorming door
lenseigenschappen wordt vervorming genoemd. En afgenomen opnamescherpte als
gevolg van het diafragma wordt diffractie genoemd. Deze lensafwijkingen kunnen
worden gecorrigeerd. De opties [
Corr. helderh. randen
], [
Corr. Chromat.
afw.
] en [
Diffractiecorrectie
] zijn standaard ingesteld op [
Inschakelen
], en
[
Vervormingscorrectie
] is standaard ingesteld op [
Uitschakelen
].
Als het instellingenscherm [Correctiegeg. niet beschikbaar] of het
pictogram [ ] wordt weergegeven, betekent dit dat de
correctiegegevens voor de betreffende lens niet zijn vastgelegd in de
camera. Zie 'Correctiegegevens voor de lens' op pagina 197.
1
Selecteer
[Lensafwijkingscorrectie].
Selecteer op het tabblad [z1] de
optie [Lensafwijkingscorrectie] en
druk vervolgens op <0>.
2
Selecteer [Corr. helderh. randen].
3
Selecteer [Inschakelen].
Controleer of [
Correctiegegevens beschikbaar
]
wordt weergegeven voor de gebruikte lens.
Selecteer [Inschakelen] en druk
vervolgens op <0>.
4
Maak de opname.
De opname wordt vastgelegd met de
gecorrigeerde helderheid van de randen.
3
Lensafwijkingscorrectie
Correctie helderheid randen