Operation Manual

281
3 Menufunctie-instellingen
Belichtingssimulatie
Met belichtingssimulatie wordt getoond en gesimuleerd hoe helder
de daadwerkelijke opname (belichting) zal zijn.
Inschakelen (g)
De helderheid van de weergegeven opname is bijna gelijk aan de werkelijke helderheid
(belichting) van de gemaakte opname. Wanneer u belichtingscompensatie instelt, wordt
de helderheid van de opname dienovereenkomstig aangepast.
Bij e
De opname wordt normaliter weergegeven met de standaardhelderheid
zodat de Live View-opname gemakkelijk te zien is
(E)
. De opname
wordt alleen weergegeven met een helderheid (belichting) die dicht bij
die van de uiteindelijke opname ligt wanneer u de knop voor
scherptedieptecontrole ingedrukt houdt
(g)
.
Uitschakelen (E)
De opname wordt weergegeven met de standaardhelderheid zodat de Live
View-opname gemakkelijk te zien is. Ook wanneer u belichtingscompensatie
instelt, wordt de opname met de standaardhelderheid weergegeven.
z5
Stille LV-opname
Modus 1
Mechanische geluiden tijdens het maken van opnamen worden
onderdrukt, dit in tegenstelling tot het maken van opnamen met de zoeker.
U kunt opnamen maken met elke transportmodus (pag. 146).
Wanneer <o> is ingesteld en u [Hoge snelheid] onder
[84: Snelheid bij continue opnamen] instelt op [14 fps (16)]
(pag. 431), kunt u continue opnamen maken tot circa 16,0 bps.
Als [
z
2: Lichte tonen prioriteit
] is ingesteld op [
Uitschakelen
] en u de waarde [
Maximum
]
van de ISO-standaardsnelheid verhoogt in [
Bereik v. foto's
] onder [
z
2: ISO-snelheidsinst.
]
(pag. 166), wordt belichtingssimulatie mogelijk in donkerdere omstandigheden.