Operation Manual
323
3 De geluidsopname instellen
Windfilter : Wanneer [Inschakelen] is ingesteld, wordt de windruis 
bij buitenopnamen verminderd. Deze functie werkt 
alleen bij gebruik van de ingebouwde microfoon voor 
het maken van movie-opnamen. De instelling 
[Inschakelen] vermindert ook lage bastonen, dus stel 
Windfilter in op [Uitschakelen] als er geen sprake is 
van wind. Er wordt dan een natuurlijkere 
geluidsopname gemaakt dan met de instelling 
[Inschakelen].
Demper : Hiermee wordt automatisch geluidsvervorming die 
door harde geluiden ontstaat, onderdrukt. Ook als u 
[Geluidsopname] instelt op [Automatisch] of 
[Handmatig] en dan een opname maakt, kan er 
geluidsvervorming optreden indien er een zeer hard 
geluid is. In dergelijke gevallen wordt het aanbevolen 
om de instelling [Inschakelen] te gebruiken.
 De microfoon gebruiken
Normaliter neemt de ingebouwde microfoon voor movie-opnamen 
geluid in mono op. Opname in stereogeluid is mogelijk door een 
externe stereomicrofoon (in de winkel verkrijgbaar) die is uitgerust 
met een ministereostekker (diameter van 3,5 mm) aan te sluiten op 
de IN-aansluiting voor externe microfoons op de camera (pag. 28).
 Lijningang
Lijnuitgang-stereogeluid van bijvoorbeeld een mengpaneel kan 
rechtstreeks op de camera worden ingevoerd. Door een 
ministereostekker (diameter van 3,5 mm) aan te sluiten op de 
lijningangsaansluiting van de camera (pag. 28) wordt stereogeluid 
opgenomen samen met de movie. Het standaardingangsniveau is -
8 dBV. Pas het geluidsopnameniveau aan het lijnuitgangsniveau 
aan.
Windfilter/Demper










