Operation Manual
3 Handmatige sensorreiniging
406
 Tijdens het reinigen van de sensor mag u geen van de 
onderstaande handelingen verrichten. Als de stroom wordt 
onderbroken, gaat de sluiter dicht en kunnen de sluitergordijnen of 
de beeldsensor beschadigd raken.
• De aan-uitschakelaar op <2> zetten.
• De accu verwijderen/plaatsen.
 Het oppervlak van de beeldsensor is zeer kwetsbaar. Reinig de sensor 
voorzichtig.
 Gebruik een gewoon blaasbuisje zonder borsteltje. Een borsteltje kan 
het oppervlak van de sensor beschadigen.
 Steek het blaasbuisje niet verder dan de lensvatting in de camera. Als de 
stroom wordt onderbroken, gaat de sluiter dicht en kunnen de 
sluitergordijnen of de reflexspiegel beschadigd raken.
 Gebruik nooit perslucht of -gas om de sensor schoon te maken. 
Perslucht kan schade aan de sensor veroorzaken en gasnevel kan op de 
sensor bevriezen, waardoor deze bekrast raakt.
 Als het accuniveau laag wordt terwijl u de sensor reinigt, klinkt er een 
pieptoon als waarschuwing. Stop het reinigen van de sensor.
 Als er vuil blijft zitten dat niet met een blaasbuisje kan worden verwijderd, 
kunt u de sensor het beste door een Canon Service Center laten 
reinigen.










