Operation Manual
423
3 Persoonlijke voorkeuze-instellingen
Aantal bracketed opnamen  C.Fn1
U kunt in plaats van het gebruikelijke aantal van 3 opnamen bij AEB en 
witbalansbracketing ook kiezen voor 2, 5 of 7 opnamen.
Wanneer [81: Bracketingvolgorde: 0, -, +] is ingesteld, worden de 
bracketed opnamen gemaakt zoals aangeduid in de tabel hieronder.
3: 3 opnamen 5: 5 opnamen
2: 2 opnamen 7: 7 opnamen
(tussenstappen van 1 stop)
Spotmeting gek. aan AF-p. C.Fn1
U kunt spotmeting die is gekoppeld aan een AF-punt inschakelen in de 
opnamemodus <r>.
 Alleen middelste AF-punt
Ongeacht de AF-gebiedselectiemodus en het AF-punt zal de 
spotmeting altijd worden uitgevoerd in het midden van de zoeker.
 Gekoppeld aan actieve AF-punt
Spotmeting wordt gekoppeld aan het handmatig geselecteerde 
AF-punt. Als de AF-gebiedselectiemodus is ingesteld op 
automatische selectie-AF, Zone-AF of Grote zone-AF, wordt 
spotmeting uitgevoerd in het midden van de zoeker.
Met een externe Speedlite kunt u gebruikmaken van FE-
vergrendeling gekoppeld aan een handmatig geselecteerd AF-
punt. (U kunt dit ook gebruiken voor de meting voor handmatige 
flitsbelichting (pag. 262).)
1e opname 2e opname 3e opname 4e opname 5e opname 6e opname 7e opname
3: 3 opnamen
Standaard (0)
-1 +1
2: 2 opnamen
Standaard (0)
±1
5: 5 opnamen
Standaard (0)
-2 -1 +1 +2
7: 7 opnamen
Standaard (0)
-3 -2 -1 +1 +2 +3
Wanneer [2 opnamen] is ingesteld, kunt u bij het instellen van het AEB-
bereik de plus- of minzijde selecteren. Met witbalansbracketing wordt de 
tweede opname naar de min-richting aangepast voor B/A of M/G.










