Operation Manual

88
U kunt de eigenschappen selecteren voor de automatische
scherpstelling die bij de opnameomstandigheden en het onderwerp
passen.
1
Stel de scherpstelmodusknop op
de lens in op <AF>.
2
Druk op de knop <o>
(9).
3
Selecteer de AF-bediening.
Terwijl u naar het LCD-paneel aan de
bovenzijde of in de zoeker kijkt, draait
u aan het instelwiel <6>.
X : 1-beeld AF
Z : AI Servo AF
f: De AF-bediening selecteren
Wanneer de AF-gebiedselectiemodus (pag. 96) is ingesteld op
Automatische selectie AF, Grote Zone-AF of Zone-AF, is automatisch
scherpstellen mogelijk tijdens het gebruik van de gezichtsdetectie en de
kleurinformatie van het onderwerp (pag. 127).
U kunt ook automatisch scherpstellen door op de knop <p> te
drukken.