Operation Manual
89
f: De AF-bediening selecteren
Geschikt voor niet-bewegende 
onderwerpen. Wanneer u de 
ontspanknop half indrukt, stelt de 
camera slechts één keer scherp.
 Het AF-punt waarop is scherpgesteld, 
knippert rood en de 
scherpstelindicator <o> in de zoeker 
gaat branden.
 Bij meervlaksmeting (pag. 238) wordt 
de belichting ingesteld op het 
moment dat er op het onderwerp is 
scherpgesteld.
 Wanneer u de ontspanknop half 
ingedrukt houdt, wordt de 
scherpstelling vergrendeld. U kunt 
dan desgewenst een nieuwe 
beeldcompositie maken.
1-beeld AF voor niet-bewegende onderwerpen
Scherpstelindicator
AF-punt
 Als u niet kunt scherpstellen, gaat de scherpstelindicator <o> in de 
zoeker knipperen. In dit geval kan er geen opname worden gemaakt, 
ook al drukt u de ontspanknop helemaal in. Maak een nieuwe compositie 
en probeer opnieuw scherp te stellen, of zie “Wanneer niet automatisch 
kan worden scherpgesteld” (pag. 144).
 Als de optie [z3: Pieptoon] is ingesteld op [Uitschakelen], hoort u 
geen pieptoon als het scherpstellen is voltooid.
 Nadat u in de modus 1-beeld AF hebt scherpgesteld, kunt u de 
scherpstelling op een onderwerp vergrendelen en de compositie 
aanpassen. Dit heet 'focusvergrendeling'. Dit is handig als u wilt 
scherpstellen op een onderwerp aan de rand dat buiten het gebied van 
het AF-kader valt.
 Wanneer er een lens wordt gebruikt die is uitgerust met elektronische 
handmatige scherpstelling, kunt u, nadat er automatisch is 
scherpgesteld, handmatig scherpstellen door de scherpstelring op de 
lens te draaien terwijl u de ontspanknop half indrukt.










