User manual

30
Opnamen afzonderlijk overbrengen
U kunt selecteren welke opnamen worden overgebracht wanneer u opnamen in
verschillende formaten maakt en deze gelijktijdig vastlegt op een CF-kaart en
CFast-kaart, of wanneer u opnamen maakt in de opnamekwaliteit RAW+JPEG.
Selecteer [Overbr. type/form.] in stap 5 op pagina 28 om het formaat of
type van de over te brengen opnamen te selecteren.
1
Selecteer [Overbr. type/form.].
2
Selecteer het formaat of het type
opnamen voor overdracht.
Indien u kleinere JPEG-bestanden wilt overbrengen wanneer de
camera is ingesteld om grotere JPEG-bestanden op een CF-kaart of
CFast-kaart op te slaan en kleinere JPEG-bestanden op de andere
kaart, stelt u [JPEG form. v trans.] in op [KleinerJPEG].
Wanneer in de camera is ingesteld dat RAW-opnamen worden vastgelegd
op een CF-kaart of CFast-kaart en JPEG-bestanden op de andere kaart,
geeft u in de instelling [
RAW+JPEG-overbr.
] op welke opnamen moeten
worden overgebracht. Configureer dezelfde instelling wanneer
RAW+JPEG-opnamen gelijktijdig op dezelfde kaart worden opgeslagen.
Wanneer opnamen van hetzelfde formaat gelijktijdig worden
opgeslagen op zowel een CF-kaart als een CFast-kaart, worden de
opnamen overgebracht die worden opgeslagen op de kaart die is
geselecteerd voor [Opn./weerg.] of [Weergave] in
[Opn.functie+kaart/map sel.] op het tabblad [51].
Specifieke formaten of typen opnamen selecteren voor overdracht