User manual
Table Of Contents
- EOS-1D X Mark II
- Inleiding
- Aan de slag
- De accu opladen
- De accu plaatsen en verwijderen
- De kaart plaatsen en verwijderen
- De camera inschakelen
- De datum, tijd en zone instellen
- De interfacetaal selecteren
- Een lens bevestigen en verwijderen
- Basisbediening
- Snel instellen voor opnamefuncties
- Menugebruik
- Voordat u begint
- Het raster weergeven in de zoeker
- De digitale horizon weergeven
- Het scherm met zoekerinformatie instellen
- Help
- De AF- en transportmodi instellen
- De AF-bediening selecteren
- Het AF-gebied en het AF-punt selecteren
- AF-gebiedselectiemodi
- AF-sensor
- Lenzen en bruikbare AF-punten
- Kenmerken van AI Servo AF selecteren
- AF-functies aanpassen
- Fijnafstelling van het scherpstelpunt bij automatische scherpstelling
- Wanneer niet automatisch kan worden scherpgesteld
- De transportmodus selecteren
- De zelfontspanner gebruiken
- Opname-instellingen
- Kaart selecteren voor opname en weergave
- De opnamekwaliteit instellen
- De ISO-snelheid voor foto's instellen
- Een beeldstijl selecteren
- Een beeldstijl aanpassen
- Een beeldstijl vastleggen
- De witbalans instellen
- Handmatige witbalans
- De kleurtemperatuur instellen
- Witbalanscorrectie
- Helderheid en contrast automatisch corrigeren
- Ruisreductie instellen
- Lichte tonen prioriteit
- Lensafwijkingscorrectie
- Flikkeren verminderen
- De kleurruimte instellen
- Een map maken en selecteren
- De bestandsnaam wijzigen
- Methoden voor bestandsnummering
- Copyrightinformatie instellen
- GPS-instellingen
- Belichting voor fotografische expressies
- AE-programma
- AE met sluitertijdvoorkeuze
- AE met diafragmavoorkeuze
- Handmatige belichting
- De meetmethode selecteren
- De gewenste belichtingscompensatie instellen
- Bracketing met automatische belichting (AEB)
- De opnamebelichting vergrendelen (AE-vergrendeling)
- Bulb-belichtingen
- Meervoudige belichting
- Spiegel opklappen
- De oculairafsluiter gebruiken
- Een afstandsbediening gebruiken
- Opnamen maken met de flitser
- Opnamen maken met het LCD- scherm (Live View-opnamen)
- Movie-opnamen
- Opnamen weergeven
- Opnamen weergeven
- Weergave met opname-informatie
- Snel opnamen zoeken
- Opnamen vergroten
- De opname roteren
- Opnamen beveiligen
- Classificaties instellen
- Spraakmemo's opnemen en afspelen
- Snel instellen voor weergave
- Genieten van movies
- Movies afspelen
- De eerste en laatste beelden van een movie bewerken
- Beelden uit 4K-movies opslaan als foto
- Diavoorstelling (automatische weergave)
- Opnamen op een televisie bekijken
- Opnamen kopiëren
- Opnamen wissen
- De instellingen voor het weergeven van opnamen wijzigen
- Opnamen naverwerken
- Sensorreiniging
- Opnamen overbrengen naar een computer en printopties opgeven
- De camera aanpassen aan uw voorkeuren
- Referentie
- Softwareoverzicht

153
3 Kaart selecteren voor opname en weergave
Standaard
De opnamen worden opgeslagen op de kaart die met [Opn./weerg.]
is geselecteerd.
Auto. kaartwissel
Hetzelfde als bij de instelling [
Standaard
], maar als op een gegeven
moment de kaart vol is, zal de camera automatisch overschakelen naar de
andere kaart voor het opslaan van de opnamen. Als automatisch naar een
andere kaart wordt overgeschakeld, wordt een nieuwe map gemaakt.
Apart opslaan
U kunt de opnamekwaliteit voor elke kaart afzonderlijk instellen
(pag. 155). Elke opname wordt op zowel de CF-kaart als de CFast-
kaart opgeslagen met de door u ingestelde opnamekwaliteit. U kunt
de opnamekwaliteit naar wens instellen, bijvoorbeeld op 3 en 1,
5 en 61, enzovoort.
Opsl. nr meerdere
Elke opname wordt gelijktijdig opgeslagen op zowel de CF-kaart als
de CFast-kaart met hetzelfde beeldformaat. U kunt ook RAW+JPEG
selecteren.
Als [Apart opslaan] is ingesteld en voor de CF- en CFast-kaart
verschillende beeldformaten zijn ingesteld, neemt de maximale
opnamereeks voor continue opname af (pag. 158).
Movies kunnen niet tegelijkertijd worden opgenomen op de CF- en CFast-kaart.
Movies worden opgeslagen op de kaart die is ingesteld voor [
Weergave
].
[Apart opslaan] en [Opsl. nr meerdere]
Hetzelfde bestandsnummer wordt gebruikt voor het opnemen op zowel
de CF-kaart als de CFast-kaart.
Bovendien wordt in de zoeker en op het LCD-paneel aan de bovenzijde het
maximum aantal opnamen van de kaart met het laagste aantal weergegeven.
Als een van de kaarten vol raakt, wordt [
Kaart* vol
] weergegeven en kunnen er
geen opnamen meer worden gemaakt. Als dat gebeurt, vervangt u de kaart of
stelt u [
Opn.functie
] in op [
Standaard
] en selecteert u de kaart waarop nog
ruimte is om door te gaan met het maken van opnamen.
Voor meer informatie over [51: Opn.functie+kaart/map sel.] in het
menu [Map] raadpleegt u pagina 201.










