User manual

84
U kunt beelden afzonderlijk selecteren en printen.
1
Selecteer een beeld dat u wilt printen.
Druk op de toetsen <Y> <Z> van de
pijltjestoetsen om de gewenste
opname te selecteren en druk
vervolgens op <0>.
Wanneer u op de knop <I> drukt,
kunt u overschakelen op de
indexweer
gave en een opname
selecteren.
2
Selecteer [Beeld printen].
Het scherm met printinstellingen
wordt weergegeven.
3
Druk de opname af.
Zie pagina 87 voor de instelprocedure
voor afdrukinstellingen.
Als [Print] wordt g
eselecteerd, wordt
het afdrukken gestart.
Wanneer het printen is voltooid, wordt het
scherm van stap 1 weer weergegeven.
Als u nog een opname wilt printen,
herhaalt u stap 1 tot en met 3.
4
Verbreek de Wi-Fi-verbinding.
Druk op de knop <k> om het
bevestigingsdialoogvenster weer te
geven. Selecteer [OK] en druk
vervolgens op <0> om de Wi-Fi-
verbinding te verbreken.
Beelden afdrukken
Afzonderlijke beelden printen