Operation Manual
237
U kunt het formaat van een JPEG-beeld wijzigen om het aantal pixels te 
reduceren en u kunt de opname vervolgens als nieuw bestand opslaan. 
Het is alleen bij JPEG 3/4/a/b-opnamen mogelijk om het formaat te 
wijzigen. Het formaat van JPEG- c en RAW-beelden kan niet 
worden gewijzigd.
1
Selecteer [Wijzig formaat].
 Selecteer op het tabblad [x1] 
de optie [Wijzig formaat] en druk 
vervolgens op <0>.
 Er wordt een opname weergegeven.
2
Selecteer een opname.
 Selecteer de opname waarvan u het 
formaat wilt wijzigen.
 Wanneer u op de knop <Hy> drukt, 
kunt u overschakelen naar de 
indexweergave en een opname 
selecteren.
3
Selecteer het gewenste 
beeldformaat.
 Druk op <0> om het beeldformaat 
weer te geven.
 Druk op de pijltjestoetsen <Y> 
en <Z> om het gewenste 
beeldformaat te selecteren en druk 
vervolgens op <0>.
4
Sla de opname op.
 Selecteer [OK] om het gewijzigde 
beeldformaat op te slaan.
 Controleer de bestemmingsmap 
en het beeldbestandsnummer en 
selecteer [OK].
 Als u het formaat van nog een opname 
wilt wijzigen, herhaalt u stap 2 t/m 4.
 Als u wilt terugkeren naar het menu, 
drukt u op de knop <M>.
S 
Het formaat van JPEG-beelden wijzigen
Doelgrootte










