User manual
169
q De meetmethode selecterenN
1
Druk op de knop <n>. (9)
2
Selecteer de meetmethode.
Terwijl u naar het LCD-paneel kijkt,
draait u aan het instelwiel <6>.
q: Meervlaks meting
w: Deelmeting
r: Spotmeting
e: Centrum gew.
gemiddeld
q Meervlaks meting
Dit is een algemene meetmethode die zelfs geschikt
is voor onderwerpen met tegenlicht. De camera past
de belichting automatisch aan het onderwerp aan.
w Deelmeting
Deze methode is effectief als de achtergrond veel helderder is
dan het onderwerp zelf (bijvoorbeeld bij tegenlicht). Deelmeting
beslaat ongeveer 6,2% van het midden van de zoeker.
Als bij [z2: Auto Lighting Optimizer/z2: Auto optimalisatie
helderheid], het vinkje <X> voor [Uitsch. bij handm. bel.] wordt
verwijderd, kan dit worden ingesteld in de modus <a> (pag. 144).
Wanneer ISO auto is ingesteld, kunt u op de knop <A> drukken om de
ISO-snelheid te vergrendelen.
Nadat u de compositie van de opname opnieuw hebt bepaald, kunt u op de
indicator voor het belichtingsniveau (pag. 22, 23) het verschil in belichtingsniveau
zien ten opzichte van het moment waarop u op de knop <
A
> drukte.
q De meetmethode selecterenN
U kunt een van vier methoden selecteren om de helderheid van het onderwerp te meten.
De meetmethode wordt automatisch ingesteld op meervlaksmeting in de modus <
A
>.