User manual
367
Problemen oplossen
Het aantal bruikbare AF-punten en -patronen kan variëren, afhankelijk van het
gebruikte objectief. De objectieven zijn per categorie onderverdeeld in acht
groepen, van A tot H. Ga na tot welke groep uw objectief behoort. Een
objectief uit groep F tot H levert minder bruikbare AF-punten op (pag. 79).
Wanneer u op de knop
<S>
drukt, zijn de knipperende AF-punten de punten die
geen AF-punten voor kruismetingen zijn en alleen gevoelig zijn voor horizontale
lijnen. De AF-punten die oplichten, zijn AF-punten voor kruismetingen (pag. 74).
Het AF-punt bij het vastgelegde gebied knippert (pag. 330).
Stel de AF-modus in op One-Shot AF. Focusvergrendeling is niet
mogelijk in de modi AI Servo AF en AI Focus AF (pag. 70).
Afhankelijk van de sluitertijd, het diafragma, de opnameomstandigheden, de
helderheid, enzovoort kan de snelheid van continue opnamen afnemen.
Als u opnamen maakt van een onderwerp met fijne details (bijvoorbeeld
een grasveld), wordt het bestand groter en de daadwerkelijke maximale
opnamereeks mogelijk kleiner dan is vermeld op pagina 123.
Als [
z3:
Lichte tonen prioriteit
] is ingesteld op [
Inschakelen
], is het instelbereik voor
de ISO-snelheid ISO 200-25600 (of maximaal 12800 voor movie-opnamen). Zelfs als u het
instelbereik voor de ISO-snelheid instelt bij [
ISO-snelh.bereik
], kunt u geen verhoogde
ISO-snelheden (L, H, H1, H2) instellen. Wanneer [
z3:
Lichte tonen prioriteit
] is
ingesteld op [
Uitschakelen
], kan ISO 100/125/160 worden ingesteld (pag. 148).
Er zijn minder AF-punten.
Het AF-punt knippert.
Ik kan de scherpstelling niet vergrendelen en geen nieuwe
beeldcompositie maken.
De snelheid van continue opnamen is laag.
De maximale opnamereeks is lager bij continue opnamen.
ISO 100 kan niet worden ingesteld. De ISO-snelheid kan niet worden verhoogd.