User manual

45
Basisbediening
Draai aan het programma-
keuzewiel terwijl u de ver-/
ontgrendelknop van het
programmakeuzewiel in het
midden ingedrukt houdt.
(1) Druk op een knop en draai aan
het instelwiel <6>.
Wanneer u op een knop zoals <n>,
<o> of <m> drukt, blijft de
desbetreffende functie zes seconden
lang (9) geselecteerd. Tijdens deze
zes seconden kunt u de gewenste
instelling maken met het instelwiel
<6>.
Wanneer de functie niet meer actief is of
als u de ontspanknop half indrukt, is de
camera klaar om een opname te maken.
Gebruik dit instelwiel om de meetmethode,
AF-modus, ISO-snelheid, het AF-punt
enzovoort te selecteren of in te stellen.
(2)
Draai alleen aan het instelwiel <
6
>.
Draai terwijl u in de zoeker of op het LCD-
paneel kijkt aan het instelwiel <
6
> om
de gewenste instelling te selecteren.
Gebruik dit instelwiel om de sluitertijd,
het diafragma, enzovoort in te stellen.
Programmakeuzewiel
6 Hoofdinstelwiel
De handelingen in (1) zijn ook mogelijk wanneer de <R>-schakelaar
naar rechts staat (Multifunctievergrendeling, pag. 47).