User manual

105
Printen
U kunt bij het printen de gewenste opties opgeven.
1
Druk op <0>.
2
Selecteer [Printopties].
Het scherm [
Printopties
] wordt
weergegeven.
3
Stel de gewenste printopties in.
Raadpleeg voor meer informatie over
de instellingsprocedure het gedeelte
“Digital Print Order Format (DPOF)”
in de instructiehandleiding voor
de camera.
Als de printopties zijn voltooid voordat
u de verbinding tot stand bracht,
gaat u verder naar stap 4.
4
Selecteer [Print].
[
Print
] kan alleen worden
geselecteerd als een opname is
geselecteerd en de printer klaar is om
af te drukken.
5
Stel de optie [Papier inst.] in
(pag. 107)
.
Stel de afdrukeffecten (pag. 109) naar
wens in.
6
Selecteer [OK].
Wanneer het printen is voltooid,
wordt het scherm van stap 3 weer
weergegeven.
Opties opgeven bij printen