User manual

18
Een bijnaam opgeven
Het invoergebied wijzigen
Druk op de knop <
Q
> om tussen het
bovenste en onderste invoergebied te
wisselen.
De cursor verplaatsen
Gebruik <
5
> of <
9
> in het
bovenste gebied om de cursor te
verplaatsen.
Tekst invoeren
Gebruik in het onderste gedeelte <
5
> of <
9
> om een teken te
selecteren. Druk vervolgens op <
0
> om het in te voeren.
Met [*/*] rechtsboven in het scherm kunt u zien hoeveel tekens
u hebt ingevoerd en hoeveel u er nog kunt invoeren.
De invoermodus wijzigen*
Selecteer [
E
] rechtsonder in het onderste invoergebied.
Elke keer dat u op <
0
> drukt, wordt de invoermodus als volgt
gewijzigd: kleine letters
9
cijfers/symbolen 1
9
cijfers/symbolen 2
9
hoofdletters.
* Wanneer [Aanraakbediening: Deactiveren] is ingesteld, kunt u alle tekens
in één scherm invoeren.
Een teken verwijderen
Druk op de knop <
L
> om één teken te verwijderen.
Tekstinvoer voltooien
Druk op de knop <
M
> om de invoer te bevestigen en af te
sluiten. Wanneer het bevestigingsvenster wordt weergegeven,
selecteert u [
OK
] om het scherm te verlaten.
De tekstinvoer annuleren
Druk op de knop <
B
> om tekstinvoer te annuleren en het
scherm te verlaten. Wanneer het bevestigingsvenster wordt
weergegeven, selecteert u [
OK
] om het scherm te verlaten.
Het virtuele toetsenbord gebruiken