Operation Manual

3 Kenmerken AI Servo AF selecterenN
116
AF-punt aut. schak.
Dit bepaalt de gevoeligheid voor het
wisselen van AF-punten bij het volgen
van een onderwerp dat zich met hoge
snelheid omhoog, omlaag, naar links of
naar rechts beweegt.
Deze instelling wordt van kracht wanneer
de AF-gebiedselectiemodus is ingesteld
op AF-puntuitbreiding (handmatige
selectie ), AF-puntuitbreiding
(handmatige selectie, omringende
punten), Zone-AF (handmatige selectie
van een zone) of 61-punts automatische
selectie-AF.
0
Standaardinstelling voor geleidelijke overschakeling tussen AF-punten.
+2 / +1
Wanneer het onderwerp zich met hoge snelheid omhoog, omlaag,
naar links of naar rechts en van het AF-punt vandaan verplaatst,
schakelt de camera zelfs automatisch over naar omringende AF-
punten om op het gevolgde onderwerp te blijven scherpstellen.
De camera schakelt over naar het AF-punt dat het meest
waarschijnlijk zal scherpstellen op het onderwerp, uitgaand van
de voortdurende verplaatsing van het onderwerp, het contrast,
enzovoort. Bij instelling +2 zal de camera eerder van AF-punt
wisselen dan bij instelling +1.
Bij een groothoeklens met een brede scherptediepte of als het
onderwerp te klein in het kader is, kan de camera echter met het
verkeerde AF-punt scherpstellen.