User manual

Table Of Contents
137
3 Fijnafstelling van het scherpstelpunt bij automatische scherpstellingN
Het serienummer invoeren
Selecteer het in te voeren cijfer en
druk vervolgens op <0> zodat <r>
wordt weergegeven.
Voer het cijfer in en druk vervolgens
op <0>.
Nadat u alle cijfers hebt ingevoerd,
selecteert u [OK].
Serienummer van de lens
Als in stap 3 een sterretje voor het 10-cijferige serienummer
van de lens wordt weergegeven, kunt u slechts één exemplaar
van hetzelfde lensmodel registreren. Zelfs wanneer u het
serienummer invoert, blijft het sterretje weergegeven.
Het serienummer van de lens kan afwijken van het
serienummer dat in stap 3 op het scherm wordt weergegeven.
Dit is geen defect.
Als het serienummer van de lens letters bevat, voert u alleen de
cijfers in.
Als het serienummer van de lens elf cijfers of langer is, voert u
alleen de laatste tien cijfers in.
De locatie van het serienummer kan per lens verschillen.
Op sommige lenzen wordt zelfs helemaal geen serienummer
vermeld. Als u een lens waarop geen serienummer wordt vermeld
wilt registreren, voert u een willekeurig serienummer in.
Als u [Per lens afstellen] selecteert en een extender gebruikt, wordt de
aanpassing geregistreerd voor de combinatie van lens en extender.
Als er 40 lenzen zijn geregistreerd, wordt er een bericht weergegeven.
Nadat u een lens hebt geselecteerd waarvan de registratie moet worden
verwijderd (overschreven), kunt u een andere lens registreren.