User manual

Table Of Contents
168
U kunt de Beeldstijlen aanpassen. U kunt de parameterinstellingen van
Beeldstijlen zoals [Sterkte], [Details] of [Drempel] van [Scherpte] en
[Contrast] en andere parameters van de standaardinstellingen. Maak
proefopnamen om het resultaat te bekijken. Zie pagina 171 voor het
aanpassen van [Monochroom].
1
Druk op de knop <b>.
2
Selecteer [A].
Het keuzescherm voor beeldstijlen
wordt weergegeven.
3
Selecteer een beeldstijl.
Selecteer een beeldstijl en druk
vervolgens op de knop <B>.
4
Selecteer een parameter.
Selecteer de in te stellen parameter
(zoals [Scherpte] - [Sterkte]) en druk
op <0>.
De instellingen en effecten worden
uitgelegd op pagina 170.
A Een beeldstijl aanpassenN