User manual

Table Of Contents
188
Lichtafval is een verschijnsel dat ervoor zorgt dat de hoeken van de opname
donkerder eruit zien als gevolg van de fysieke eigenschappen van de lens.
Een andere afwijking is het verschijnen van kleurranden rond de contouren
van het onderwerp. Dit heet chromatische abberatie. Deze lensafwijkingen
en lichtafval kunnen worden gecorrigeerd. Standaard zijn correctie helderheid
randen en correctie chromatische aberratie ingesteld op [
Inschakelen
].
Als [Kan niet corrig. - geen geg.] wordt weergegeven, raadpleegt u
'Correctiegegevens voor de lens' op pagina.
1
Selecteer
[Lensafwijkingscorrectie].
Selecteer op het tabblad [z1] de
optie [Lensafwijkingscorrectie] en
druk vervolgens op <0>.
2
Selecteer de instelling.
Controleer of [Correctiegegevens
beschikbaar] wordt weergegeven
voor de gebruikte lens.
Selecteer [Helderheid randen] en
druk vervolgens op <0>.
Selecteer [Inschakelen] en druk
vervolgens op <0>.
3
Maak de opname.
De opname wordt vastgelegd met de
gecorrigeerde helderheid van de randen.
3
Correctie van helderheid randen en chromatische aberratie
Correctie helderheid randen
Afhankelijk van de opnameomstandigheden kan er mogelijk ruis aan de
randen van een opname ontstaan.
De toegepaste mate van correctie is lager dan de maximale correctie die
kan worden ingesteld met Digital Photo Professional (EOS-software,
pag. 504).
Hoe hoger de ISO-snelheid, hoe lager de mate van correctie.