Operation Manual

Belichtingscorrectie instellenN
104
Stel de flitsbelichtingscorrectie in wanneer de belichting van het
onderwerp anders uitvalt dan gewenst. U kunt de flitsbelichtingscorrectie
instellen op maximaal ±2 stops met tussenstappen van 1/3 stop.
1
Druk op de knop <Q>. (7)
X Het scherm Snel instellen wordt
weergegeven (pag. 41).
2
Selecteer [y].
Druk op de toets <
S
> om [
y
*] te selecteren.
X [Flitsbelichtingscomp.] wordt
onderin weergegeven.
3
Stel de waarde voor de
flitsbelichtingscorrectie in.
Draai het instelwiel <
6
> naar rechts
om de flitsbelichting lichter te maken.
Of draai het instelwiel <
6
> naar
links om de flitsbelichting donkerder te
maken. (kortere belichting)
X Wanneer u de ontspanknop half
indrukt, wordt het pictogram <y>
weergegeven in de zoeker.
Nadat u de opname hebt gemaakt,
kunt u de flitsbelichtingscorrectie
annuleren door deze op 0 in te stellen.
y Flitsbelichtingscorrectie
Als [
2
Auto Lighting Optimizer/2
Auto optimalisatie helderheid
]
(pag. 109) is ingesteld op iets anders dan [
Deactiveren
], kan de opname nog steeds licht
zijn, zelfs als er een kleinere belichtingscorrectie of kleinere flitsbelichtingscorrectie is ingesteld.
U kunt de flitsbelichtingscorrectie ook instellen met [Func.inst. interne
flitser] bij [1 Flitsbesturing] (pag. 181).