Operation Manual

552
Problemen oplossen
Het aantal bruikbare AF-punten en patronen en de vorm van het
gebied AF-kader kan variëren, afhankelijk van de gebruikte lens.
De lenzen zijn per categorie onderverdeeld in 8 groepen, van A tot
H (pag. 145). Ga na tot welke groep uw lens behoort. Een lens uit
groep E tot H heeft minder bruikbare AF-punten (pag. 147-148).
Met betrekking tot de AF-punten die gaan branden of knipperen
wanneer u op de knop <S> of <B> drukt, zie pagina 138.
De AF-punten lichten rood op wanneer u opnamen maakt in
omstandigheden met weinig licht of wanneer er is scherpgesteld
op een donker onderwerp.
In de modus <d>, <s>, <f>, <a> of <F> kunt u instellen
of de AF-punten rood oplichten wanneer scherpstelling is bereikt
(pag. 488).
Stel de AF-bediening in op 1-beeld AF. Scherpstelvergrendeling is
niet mogelijk in de modus AI Servo AF/Servo AF of als servo in
werking treedt in de modus AI Focus-AF (pag. 97, 131).
Er zijn minder AF-punten of de vorm van het gebied AF-kader is anders.
Het AF-punt knippert of er worden twee AF-punten weergegeven.
De AF-punten lichten niet rood op.
Ik kan de scherpstelling niet vergrendelen en de compositie
van de opname niet opnieuw bepalen.