Operation Manual

Table Of Contents
Q Quick Control voor opnamefuncties
54
Selecteer een functie en druk vervolgens
op <
0
>. Het scherm met instellingen
voor de functie wordt weergegeven.
Draai het instelwiel <6> of <5>
om sommige instellingen te wijzigen.
Er zijn ook functies die worden
ingesteld door op de knop te drukken.
Druk op <
0
> om het instellen te voltooien
en terug te gaan naar het vorige scherm.
Wanneer u < > selecteert en op de
knop <M> drukt, wordt het vorige
scherm weer weergegeven.
Instelbare functies in het scherm Snel instellen
Scherm met functie-instellingen
Sluitertijd (pag. 117)
AF-bediening (pag. 74)
Witbalanscorrectie /
Witbalansbracketing
Opnamemodus* (pag. 23)
Lichte tonen prioriteit* (pag. 103)
Auto Lighting Optimizer (Auto
optimalisatie helderheid) (pag. 100)
Beeldstijl (pag. 98)
Belichtingscorrectie/
AEB-instelling
(pag. 122/123)
ISO-snelheid (pag. 97)
Opnamekwaliteit
(pag. 95)
Diafragma (pag. 118)
Flitsbelichtingscorrectie
Transportmodus (pag. 89)
Aangepaste bediening/
Flitsen (modus A)
AE-vergrendeling* (pag. 124)
Meetmethode (pag. 121)
Witbalans (pag. 99)
Opnamefunctie/kaartselectie
(pag. 92)
* Met een sterretje gemarkeerde functies kunnen niet in het scherm Snel
instellen worden ingesteld.
<0>