Operation Manual

139
i
De transportmodus selecteren
o: De maximale snelheid bij continue opname van circa 7,0 opnamen/
seconde wordt bereikt onder de volgende omstandigheden*: bij 1/500
seconde of kortere sluitertijd, bij maximaal diafragma (afhankelijk van de
lens), antiknipperopname ingesteld op Uitschakelen met een volledig
opgeladen accu LP-E6N en bij kamertemperatuur (23 °C). De snelheid
van continue opnamen neemt mogelijk af op basis van de sluitertijd, het
diafragma, de omstandigheden van het onderwerp, de helderheid, de
lens, het gebruik van de flitser, de temperatuur, het resterende
accuniveau, enzovoort.
*
Wanneer de AF-modus is ingesteld op 1-beeld AF en de Image Stabilizer
(beeldstabilisatie) is uitgeschakeld bij gebruik van de volgende lenzen:
EF300mm f/4L IS USM, EF28-135mm f/3.5-5.6 IS USM, EF75-300mm f/4-5.6 IS
USM, EF100-400mm f/4.5-5.6L IS USM.
Als <B> of <M> wordt ingesteld, is de vertraging tussen het volledig
indrukken van de ontspanknop en het maken van de opname een beetje
langer dan normaal.
Bij Live View-opnamen kunnen <B> en <M> niet worden ingesteld.
Als het resterende accuniveau laag is of als u opnamen maakt wanneer
er weinig licht is, wordt de snelheid bij continue opname mogelijk minder.
Bij het gebruik van AI Servo AF neemt de snelheid voor continue
opname mogelijk enigszins af. Dit is afhankelijk van het onderwerp en de
gebruikte lens.
Als u batterijgreep BG-E14 (afzonderlijk verkrijgbaar) gebruikt met AA-/
R6-batterijen zal de snelheid van continue opname met hoge snelheid
mogelijk lager zijn.
Als u [z4: Antiknipperopname] instelt op [Inschakelen] (pag. 179) en
u opnamen maakt bij een flikkerende lichtbron, kan de snelheid van
continue opnamen iets lager liggen of kan het interval van continue
opnamen onregelmatig worden.
Als het interne geheugen tijdens continue opname vol raakt, kan de
opnamesnelheid aanzienlijk afnemen omdat tijdelijk geen opnamen
meer kunnen worden gemaakt (pag. 145).