Operation Manual

3
Flikkeringen reduceren
N
180
Als het onderwerp zich tegen een donkere achtergrond bevindt of als er fel
licht in de opname is, worden flikkeringen mogen niet correct gedetecteerd.
Bij bepaalde soorten verlichting kan de camera de effecten van de
flikkering mogelijk niet verminderen, ook niet wanneer <G> wordt
weergegeven in de zoeker.
Afhankelijk van de lichtbron worden flikkeringen mogelijk niet correct
gedetecteerd.
Als u voor een opname een nieuwe compositie maakt, is <G>
mogelijk afwisselend zichtbaar en niet zichtbaar.
Afhankelijk van de lichtbronnen of opnameomstandigheden wordt het
verwachte resultaat mogelijk niet verkregen, ook niet als u deze functie
gebruikt.
Vooraf testopnamen maken wordt aanbevolen.
Als <G> niet wordt weergegeven in de zoeker, stelt u onder
[52: Zoekerweergave] de optie [Knipperdetectie] in op [Weergeven]
(pag. 74). Wanneer de camera de effecten van de flikkering vermindert
terwijl u opnamen maakt, licht <G> op. Onder een lichtbron
zonder flikkering, of als er geen flikkeringen worden gedetecteerd, wordt
<G> niet weergegeven.
Als [
Knipperdetectie
] is ingesteld op [
Weergeven
] en [
Antiknipperopname
]
op [
Uitschakelen
], veroorzaakt meten onder een flikkerende lichtbron dat
<
G
> ter waarschuwing in de zoeker gaat knipperen. [
Inschakelen
]
instellen voordat u opnamen maakt, wordt aanbevolen.
In de basismodi wordt <G> niet weergegeven, maar worden de
effecten van flikkeringen wel beperkt wanneer u opnamen maakt.
Antiknipperopname werkt ook met flitser. Het verwachte resultaat wordt
echter mogelijk niet verkregen bij draadloos flitsen.