Operation Manual

276
U kunt een AF-methode selecteren die bij de opnamesituatie en bij
uw onderwerp past. De volgende AF-methoden zijn beschikbaar:
[u+volgen] (pag. 277), [FlexiZone - Multi] (pag. 279), [FlexiZone -
Single] (pag. 281).
Wanneer u nauwkeurig wilt scherpstellen, stelt u de scherpstelmodusknop
op de lens in op <
MF
>, vergroot u het beeld en stelt u handmatig scherp
(pag. 288).
1
Druk op de knop <f>.
2
Selecteer de AF-methode.
Draai aan het instelwiel <
6
> om de
AF-methode te selecteren en druk op <
0
>.
Scherpstellen met AF (AF-methode)
De AF-methode selecteren
U kunt ook de AF-methode instellen met [z5: AF methode] (het
tabblad [z3] in de basismodi).
Bij de procedures op pagina 277-282 wordt ervan uitgegaan dat 1-beeld
AF is ingesteld. Als Servo AF is ingesteld, wordt het AF-punt blauw
wanneer de scherpstelling is bereikt. Er klinkt in dit geval geen pieptoon
(pag. 274).
In de modi <8: 5C> wordt Servo AF automatisch ingesteld.
Wanneer de scherpstelling is bereikt, wordt het AF-punt blauw en klinkt
er een pieptoon.