Operation Manual

281
Scherpstellen met AF (AF-methode)
De camera stelt met één AF-punt scherp. Dit is nuttig als u op een
specifiek onderwerp wilt scherpstellen.
1
Geef het Live View-beeld weer.
Druk op de knop <
0
>.
Het Live View-beeld wordt op het
LCD-scherm weergegeven.
Het AF-punt < > wordt
weergegeven.
Bij movie-opnamen wordt het
AF-punt groter weergegeven als
[
Servo AF voor movies
] is ingesteld
op [
Inschakelen
].
2
Verplaats het AF-punt.
Gebruik <
9
> om het AF-punt te
verplaatsen naar de plek waarop u
wilt scherpstellen. (Het kan niet naar
de rand van het scherm worden
verplaatst.)
Als u op <
0
> of de knop <
L
> drukt,
wordt het AF-punt weer naar het
midden van het scherm verplaatst.
U kunt ook op het LCD-scherm tikken
om het AF-punt te verplaatsen.
3
Stel scherp op het onderwerp.
Richt het AF-punt op het onderwerp
en druk de ontspanknop half in.
Als de scherpstelling is bereikt, wordt
het AF-punt groen en klinkt er een
pieptoon.
Als de scherpstelling niet wordt
bereikt, wordt het AF-punt oranje.
FlexiZone - Single: d
AF-punt