Operation Manual

312
U kunt movies opnemen terwijl u geluid opneemt met
de ingebouwde stereomicrofoons of een in de handel
verkrijgbare stereomicrofoon. U kunt het
geluidsopnameniveau naar wens instellen.
Stel de geluidsopname in met [
z
4: Geluidsopname
].
[
Automatisch
]
:
Het geluidsopnameniveau wordt automatisch aangepast.
Automatische niveauregeling functioneert automatisch in
reactie op het geluidsniveau.
[
Handmatig
]
:
Voor gevorderde gebruikers. U kunt het geluidsopnameniveau
instellen op een van 64 niveaus. Selecteer [
Opname niveau
] en draai
aan het instelwiel <
5
> terwijl u op de niveaumeter kijkt om het
geluidsopnameniveau aan te passen. Kijk op de piekenindicator en
pas het niveau dusdanig aan dat de niveaumeter soms rechts van de
markering 12 (-12 dB) oplicht voor de hardste geluiden. Indien dit meer
is dan 0, wordt het geluid vervormd.
[
Uitschakelen
]:
Er wordt geen geluid opgenomen.
[
Windfilter
]
:
Wanneer deze functie is ingesteld op [
Automatisch
], wordt het
geluid dat wordt veroorzaakt door wind verminderd wanneer het
buiten waait. Deze functie wordt alleen geactiveerd bij gebruik van
de ingebouwde microfoons. Wanneer de windfilterfunctie is
geactiveerd, worden ook lage bastonen verminderd.
[
Demper
]
:
Hiermee wordt automatisch geluidsvervorming die door harde
geluiden ontstaat, onderdrukt. Zelfs als u [
Geluidsopname
]
instelt op [
Automatisch
] of [
Handmatig
] voordat u een
opname maakt, kan er geluidsvervorming optreden indien er
een zeer hard geluid is. In dergelijke gevallen wordt het
aanbevolen om de instelling [
Inschakelen
] te gebruiken.
3 De geluidsopname instellen
Geluidsopname/Geluidsopnameniveau
Windfilter/demper