Operation Manual

390
U kunt
1
-opnamen verwerken met de camera en ze opslaan als
JPEG-opnamen. Aangezien de RAW-opname zelf niet wordt gewijzigd,
kunt u de RAW-opname volgens verschillende 'recepten' verwerken om
er vervolgens diverse JPEG-opnamen van te maken.
Houd er rekening mee dat
41
-
en
61
-
opnamen niet met de
camera kunnen worden verwerkt.
Gebruik Digital Photo Professional
(EOS-software, pag. 512) om die opnamen te verwerken.
1
Selecteer [RAW-beeldverwerking].
Selecteer op het tabblad [
3
1
] de
optie [
RAW-beeldverwerking
] en
druk vervolgens op <
0
>.
1
-opnamen worden weergegeven.
2
Selecteer een opname.
Draai aan het instelwiel <
5
> om de
opname te selecteren die u wilt verwerken.
Wanneer u op de knop <
I
> drukt, kunt u
overschakelen op de indexweergave en een
opname selecteren.
3
Verwerk de opname.
Druk op <
0
> om de RAW-
verwerkingsopties weer te geven
(pag. 392).
Druk op de pijltjestoetsen <
W
> <
X
>
<
Y
> <
Z
> om een optie te
selecteren. Draai aan het instelwiel
<
5
> om de instelling te wijzigen.
Instellingen zoals 'Aanpassing
helderheid', 'Witbalans' enzovoort zijn
zichtbaar in de weergegeven opname.
Druk op de knop <
B
> om terug te
keren naar de opname-instellingen zoals
ze waren toen de opname werd gemaakt.
R
RAW-opnamen met de camera verwerken
N