Operation Manual

391
R
RAW-opnamen met de camera verwerken
N
Het instelscherm weergeven
Druk op <
0
> om het instelscherm
weer te geven. Draai aan het
instelwiel <
5
> of <
6
> om de
instelling te wijzigen. Druk op <
0
>
om de instelling te voltooien en terug
te keren naar het scherm van stap 3.
4
Sla de opname op.
Selecteer [
W
] (Opslaan) en druk
vervolgens op <
0
>.
Selecteer [
OK
] om de opname op te
slaan.
Controleer de bestemmingsmap en
het nummer van het bestand en
selecteer [
OK
].
Als u nog een opname wilt
verwerken, herhaalt u stap 2 t/m 4.
Als u bij stap 3 op de knop <
u
> drukt, kunt u de opname vergroten. De
vergroting is afhankelijk van het aantal pixels voor [
Beeldkwalit.
] dat is
ingesteld bij [
RAW-beeldverwerking
]. Met <
9
> kunt u door de
vergrote opname schuiven.
Als u de vergrote weergave wilt beëindigen, drukt u op de knop
<
I
>.
Lijnen die het opnamegebied aanduiden, worden weergegeven in
opnamen die zijn gemaakt terwijl de aspect r
atio (pag. 146) was
ingesteld op [
4:3
], [
16:9
] of [
1:1
]. JPEG-opnamen die uit
RAW-opnamen zijn gegenereerd, worden opgeslagen met de
ingestelde aspect ratio.
Vergrote weergave
Opnamen met de instelling Aspect ratio