Quick Start Guide

8
Voordat u begint
5
Plaats de accu.
Houd de accu vast met de aansluitpunten
(1) zoals weergegeven. Duw de
accuvergrendeling (2) in de richting
van de pijl en plaats de accu totdat de
vergrendeling vastklikt.
Als u de accu verkeerd om plaatst, kan
deze niet in de juiste positie worden
vergrendeld. Controleer altijd of de accu
in de juiste richting is geplaatst en wordt
vergrendeld.
Als u de accu wilt verwijderen, drukt u de
accuvergrendeling in de richting van de pijl.
6
Sluit het accuklepje.
Sluit het klepje (1) en duw het lichtjes aan
terwijl u het naar binnen schuift, totdat het
vastklikt (2).
7
Open het geheugenkaartklepje.
Open het klepje in de aangegeven richting.
8
Controleer de
schrijfbeveiligingsschuifje van de
kaart en plaats de geheugenkaart.
Bij geheugenkaarten met een
schrijfbeveiligingsschuifje kunt u geen
opnamen maken als de schakelaar is
ingesteld op vergrendeld. Schuif de
schakelaar in de ontgrendelde positie (1).
Plaats de geheugenkaart met het label
(2) in de getoonde richting totdat deze
vastklikt.
Als u de geheugenkaart wilt verwijderen,
duwt u op de kaart tot u een klik hoort en
laat u deze langzaam los.