Operation Manual

479
VerbindenmeteenprinterviaWi-Fi
De opname bijsnijden
Stel bijsnijden in vlak voordat
u afdrukt. Alsuandere
afdrukinstellingenwijzigtnadatubeelden
hebtbijgesneden,moetudebeelden
mogelijkopnieuwbijsnijden.
1
Selecteer [Trimmen] in het scherm met printinstellingen.
2
Stel de grootte, positie en aspect ratio van het
bijsnijdkader in.
z
Hetbeeldgebieddatbinnenhetbijsnijdkadervalt,wordt
afgedrukt.Ukuntdevormvanhetkader(aspectratio)wijzigen
met [Papier inst.].
De grootte van het bijsnijdkader wijzigen
Draaiaanhetinstelwiel<
6
>omdegroottevanhetbijsnijdkader
tewijzigen.
Het bijsnijdkader verplaatsen
Drukopdepijltjestoetsen<
W
><
X
>of<
Y
><
Z
>alsuhetkader
horizontaalofverticaaloverdeopnamewiltbewegen.
De stand van het bijsnijdkader wijzigen
Wanneeruopdeknop<
B
>drukt,wisselthetbijsnijdkadervan
verticaalnaarhorizontaalenomgekeerd.
3
Druk op <
0
> om het bijsnijden af te sluiten.
z
Ukunthetbijgesnedenbeeldgebiedlinksboveninhetscherm
metprintinstellingenbekijken.