Operation Manual

1
2
3
4
5
4-6
Geavanceerde
faxfuncties
Statusmonitor
Rapporten en
lijsten
Problemen
oplossen
Bijlage
Inhoudsopgave
Trefwoordenlijst
Terug
BOVEN
VolgendeVorige
Problemen bij de ontvangst
Er kan niet worden verzonden in de foutcorrectie mode (ECM).
V Ondersteunt het ontvangende faxapparaat ECM?
A Verzend het document in deze situatie zonder de
ECM-functie.
Regelmatig storingen bij het verzenden van faxberichten.
V Zijn de telefoonlijnen slecht of hebt u een
slechte verbinding?
A Controleer of een ander apparaat de verzending
verstoort (bijvoorbeeld een magnetron).
Er kunnen geen faxberichten automatisch worden ontvangen.
V
Is het apparaat ingesteld voor automatische ontvangst?
A
Om het apparaat de faxberichten automatisch te laten
ontvangen moet de ontvangst mode zijn ingesteld op
<FAX/TEL>, <FAX MODE> of <AnsMode>. A ls u
<AnsMode> hebt ingesteld, controleer dan of op het
apparaat een antwoordapparaat is aangesloten en of dit
met het juiste uitgaande bericht is ingeschakeld.
(Zie "Instellen van de ontvangst mode" op pag. 1-7.)
V Is er een document in het geheugen
opgeslagen en is er nog weinig of geen
geheugen meer beschikbaar?
A Druk documenten uit het geheugen af, verzend of
wis ze.
V Is er een fout opgetreden tijdens ontvangst?
A Kijk of er op het display een foutmelding verschijnt.
(Zie hoofdstuk 9, “Problemen oplossen”, in de
Algemene handleiding.)
A Druk een activiteitenrapport af en controleer of er
zich een storing heeft voorgedaan. (Zie "Rapporten
en lijsten afdrukken" op pag. 2-3.)
V Is er papier in het apparaat geplaatst?
A Controleer of er papier in het apparaat is geplaatst.
(Zie “Papier plaatsen” in de Beknopte handleiding.)
V Is het telefoonsnoer goed aangesloten?
A Controleer of het snoer goed is aangesloten.
(Zie “Telefoonsnoeren aansluiten en de handset
installeren” in de Beknopte handleiding.)