Operation Manual
BELANGRIJK
Zorg ervoor dat het selectievakje [Ondersteuning in twee richtingen inschakelen] is ingeschakeld.
Als het selectievakje niet is ingeschakeld, kunt u niet afdrukken.
De printermap weergeven
2SHQKHWPHQX>6WDUWHQ@HQVHOHFWHHU>,QVWHOOLQJHQ@ĺ>3ULQWHUV@
Open het menu [Starten] en selecteer [Printers en faxapparaten].
6HOHFWHHU>&RQILJXUDWLHVFKHUP@LQKHWPHQX>6WDUWHQ@HQNOLNRS>3ULQWHUVHQDQGHUHKDUGZDUH@ĺ>3ULQWHUVHQID[DSSDUDWHQ@
Selecteer [Configuratiescherm] in het menu [Starten] en klik op [Printer].
Open het menu [Starten] en selecteer [Apparaten en printers].
Selecteer [Configuratiescherm] in het menu [Starten] en dubbelklik op [Printers].
Printers controleren in de afdrukserver
1
Geef [Windows Verkenner] weer.
2SHQKHWPHQX>6WDUWHQ@HQVHOHFWHHU>$OOHSURJUDPPDV@RI>3URJUDPPDV@ĺ>%XUHDXDFFHVVRLUHV@ĺ>:LQGRZV
Verkenner].
2
Controleer printers in de afdrukserver.
(1) Selecteer de afdrukserver in [Netwerk] of [Mijn netwerklocaties].
(2) Controleer of het pictogram voor deze printer wordt weergegeven.
㻟㻠㻟㻌㻛㻌㻟㻠㻣










