User manual

11-11
Onderhoud
5 Schud de tonercartridge 5 of
6 keer voorzichtig heen en
weer om de toner gelijkmatig
te verdelen.
6 Houd de tonercartridge altijd bij
de handgreep vast.
De pijlen (A) op de tonercartridge dienen
naar het apparaat te wijzen.
7 Schuif de tonercartridge zo ver
mogelijk in het apparaat.
De linkerrand (A) en de nokjes aan de
rechterzijde (B en C) van de tonercartridge
dienen zich op één lijn te bevinden met de
markeringen in het apparaat.
8 Druk de tonercartridge naar
beneden om ervoor te zorgen
dat deze goed in het apparaat zit.
LET OP
Raak de fixeereenheid (A) niet aan; deze
wordt namelijk erg heet tijdens het gebruik.
A
B
C
A
A