User manual

13-8
Apparaatinstellingen
8. AFW. PAP .FORMAAT
(lees: Normaal
papierformaat)
Hiermee stelt u het papierformaat voor de papiercassette in.
(Zie "Voor de papiercassette" op pag. 3-8.)
1. CASSETTE 1 Hiermee stelt u het papierformaat voor papiercassette 1 in.
2. CASSETTE 2** Hiermee stelt u het papierformaat voor papiercassette 2 in.
9. ENERG. IN SLUIMER Hiermee selecteert u het opgenomen vermogen als het
apparaat tussen twee niveaus in de slaapstand staat.
LAAG (alleen voor MF6530/MF6540PL of wanneer
<RX MODE> niet is ingesteld op <Fax> voor MF6550/
MF6560PL/MF6580PL)
–HOOG
10.MP LADE STDINST. Hiermee stelt u het standaardpapierformaat en -type van
het MP-blad in als u altijd hetzelfde type papier gebruikt.
(Zie "Voor het MP-blad" op pag. 3-11.)
UIT Hiermee schakelt u de standaardinstellingen van het
MP-blad uit.
AAN Hiermee schakelt u de standaardinstellingen van het
MP-blad in.
1. PAP .FORMAAT
(lees: Normaal
papierformaat)
Hiermee stelt u het papierformaat als standaard in voor het
MP-blad.
2. KIES HET TYPE
PAPIER
Hiermee stelt u het papiertype als standaard in voor het
MP-blad.
11.PAP. INVOERSCHAK. Hiermee selecteert u de papierinvoermethode wanneer
u enkelzijdige of dubbelzijdige afdrukken wilt maken op
voorbedrukt papier (papier waar al logo's of patronen op
zijn afgedrukt).
1. MP-BLAD Hiermee selecteert u de papierinvoermethode voor het
MP-blad.
SNELHEIDPRIOR. De afdruksnelheid heeft de prioriteit.
AFDR.ZIJDE PRIOR. Het apparaat begint met afdrukken op de zijde van het
papier die omhoog ligt. De afdruksnelheid wordt lager
voor een enkelzijdige afdruk. Alleen beschikbaar voor A4,
LTR en LGL.
STANDAARD INSTEL.