Operation Manual

Nederlands
55Periodiek onderhoud3
Vervangen van de tonercartridge/tonerafvalreservoir
Vervangen van de tonercartridge
Wanneer het bericht <Vervang tonercartridge. (Zwart)>
verschijnt op het touch panel display, drukt u op in
de rechter onderhoek en vervangt u de tonercartridge
voor de aangegeven kleur.
Wanneer de Zwarte toner of alle tonerkleuren werkelijk
op is/zijn en er geen afdrukken meer kunnen worden
gemaakt, dan verschijnt een scherm met instructies hoe
u de tonercartridge kunt vervangen op het touch panel
display. Volg de hieronder beschreven procedure voor het
vervangen van de tonercartridge.
Als u drukt op [Sluiten], kunt u doorgaan met bepaalde
handelingen zoals het aangeven van instellingen en het
scannen van originelen, zelfs als u de tonercartridge niet
direct vervangt.
WAARSCHUWING
Verbrand geen tonercartridges en werp ze niet in
open vuur. De toner in de cartridges kan namelijk
vlam vatten, hetgeen brandwonden of brand tot
gevolg kan hebben.
Als u per ongeluk toner knoeit of morst, veeg
dan de tonerdeeltjes op of neem ze op met een
zachte, vochtige doek, op een zodanige manier
dat inademing ervan wordt voorkomen. Gebruik
hiervoor nooit een stofzuiger die niet is beveiligd
tegen stofexplosies om de geknoeide toner op
te ruimen. Doet u dit wel, dan kan de stofzuiger
defecten vertonen, of kan er stof ontploen als
gevolg van statische elektriciteit.
VOORZICHTIG
Bewaar toner buiten bereik van kleine kinderen.
Als toner is ingeslikt, neem dan direct contact op
met een arts.
Indien u toner op uw handen of kleding krijgt,
spoel dan onmiddellijk met koud water. Het wassen
met warm water zal de toner doen vasthechten,
waardoor het niet mogelijk is de tonervlekken te
verwijderen.
BELANGRIJK
Gebruik alleen tonercartridges die voor deze machine
bedoeld zijn.
Voor informatie over de ondersteunde originele toner
van Canon, raadpleeg Verbruiksmaterialen” op pag. 63.
Vervang geen tonercartridges totdat de melding
waarin u wordt gevraagd dit te doen verschijnt.
U kunt een tonercartridge vervangen terwijl de
machine bezig is met afdrukken.
De kleur van de te vervangen toner wordt aangegeven
op het touch panel display. Als er meerdere
tonercartridges vervangen moeten worden, vervang
ze dan in de volgende volgorde: Zwart, Geel, Magenta,
Cyaan.
Als u doorgaat met kopiëren of afdrukken in zwart/wit
nadat de cyaan, magenta of gele toner op is, dient u de
lege tonercartridges niet uit de machine te verwijderen.
U kunt een foutmelding laten weergeven die de
gebruiker informeert dat de resterende toner bijna op
is. Voor meer informatie over het weergeven van de
foutmelding Resterende toner, zie e-Handleiding >
Instellingen/registratie. Voor meer informatie over het
verwijderen van de foutmelding Resterende toner, zie
e-Handleiding > Instellingen/registratie.
OPMERKING
Complete instructies met betrekking tot het vervangen
van de tonercartridge kunnen worden opgeroepen
door te drukken op [Vorige] of [Volgende] op het touch
panel display.
Indien de toner tijdens een afdrukopdracht opraakt,
worden de resterende afdrukken gemaakt nadat de
tonercartridge is vervangen.
Indien er nog wel zwarte toner aanwezig is, dan kunt
u doorgaan met kopiëren en afdrukken in zwart/wit.
Indien een opdracht echter wordt onderbroken omdat
de cyaan, magenta of gele toner op is, is het kopiëren
en afdrukken in zwart/wit alleen mogelijk voor andere
functies dan de functie van de onderbroken opdracht.
Als de afgedrukte kleuren na het vervangen van
tonercartridges afwijken van de kleuren zoals die
werden afgedrukt voordat u de tonercartridges
verving, voert u [Autom. gradatie-aanpassing] uit bij
[Aanpassen/Onderhoud] bij (Instellingen/Registratie).
(Raadpleeg e-Handleiding > Instellingen/Registratie.)