Operation Manual

1
2
3
4
5
1-12
Geavanceerde
faxfuncties
Statusmonitor
Rapporten en
lijsten
Problemen
oplossen
Bijlage
Inhoudsopgave
Trefwoordenlijst
BOVEN
Terug VolgendeVorige
4. Voer met de numerieke toetsen de verzendtijd
(in 24-uursnotatie) in en druk op [OK].
5. Voer met de numerieke toetsen een ontvanger
in of druk op [Add. Mode/Extra mode] om op te
geven welke faxfunctie op de opgegeven tijd
moet starten.
<1 MEERVOUDIG VERZ.>: Groepsverzending
<4 OPVRAGEN RX>: Polling ontvangst.
<5 TRANSIT INIT.>: Initiëren van transit.
6. Druk indien gewenst op [Omlaag] en voer met
de numerieke toetsen het subadres (maximaal
20 cijfers) in.
Als een subadres niet vereist is, gaat u verder met stap 8.
7. Druk indien gewenst op [Omlaag] en voer met
de numerieke toetsen het wachtwoord
(maximaal 20 cijfers) in.
Als een wachtwoord niet vereist is, gaat u verder met stap 8.
8. Druk op [Start] om het document voor
verzending op het ingestelde tijdstip te
scannen.
■ Polling verzending
Met [Polling sending/Polling verzending] kunt u een document
als reactie op het verzoek van het apparaat van de ontvanger
verzenden.
1. Plaats een document.
2. Druk twee keer op [Add. Mode/Extra mode].
3. Gebruik [Omhoog/Omlaag] om <3 OPVRAGEN
TX?> te selecteren en druk op [OK].
TIMER=20:00
JA=OK
Vb.:
SUB=1234_
WWRD= (TX=START)
Vb.:
WWRD=5678_
(TX=START)
Vb.: