Operation Manual

177
De Wi-Fi-functies van de camcorder
De camcorder-id in de CameraAccess plus-app registreren
1 Android-apparaten die NFC ondersteunen: verbind de
camcorder en het apparaat.
Voer alleen stap 1 uit van Een Android-apparaat koppelen
dat NFC ondersteunt (A 173).
Android-apparaat: zodra de camcorder-id correct is geregistreerd,
wordt uin een bericht gevraagd om Wi-Fi op het apparaat uit te
zetten. Selecteer Turn off Wi-Fi/Wi-Fi uitschakelen of Do not
turn off Wi-Fi/Wi-Fi niet uitschakelen (om Wi-Fi op het apparaat
te blijven gebruiken) en raak vervolgens Set/Instellen aan.
Camcorder: nadat de Wi-Fi-verbinding met het Android-apparaat
is beëindigd, maakt de camcorder automatisch opnieuw verbinding
met het eerder gekozen toegangspunt.
De rest van deze procedure is niet nodig. Ga verder zoals wordt
beschreven bij De functie Bewaking bij afwezigheid gebruiken
(A 178).
iOS-/Android-apparaten die NFC niet ondersteunen: zet Wi-Fi
aan op het apparaat en selecteer hetzelfde toegangspunt als
dat waarmee de camcorder is verbonden (stap 5 van de vorige
procedure).
2 Start de CameraAccess plus-app, raak Setting/Instellen aan
raak vervolgens Start aan.
De camcorder-id wordt geregistreerd en weergegeven in de
CameraAccess plus-app.
3 Raak Finish/Afronden aan en sluit de CameraAccess plus-app.
Verbreek de verbinding tussen het iOS/Android-apparaat en het
toegangspunt.